Als Grietus de Vries maar half zo goed was als de overlevering moet doen geloven, dan was hij een hele beste! In de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw is De Vries – klein van stuk maar groots in daden – een begrip in het noordelijke amateurvoetbal. Dat er in die jaren op sportpark It Heidefjild in Jubbega tot driemaal toe op het hoogste amateurniveau wordt gespeeld, is volgens velen vooral de verdienste van de aalvlugge linksbinnen. Alle noordelijke profclubs hengelen naar zijn diensten. Allemaal vangen ze ook jarenlang bot. Op uitnodigingen van het Nederlands amateurteam zit de eigenzinnige Jubbegaaster evenmin te wachten. Grietus voetbalt het liefst met zijn maten, in eigen dorp, op de Kompenije.
Grietus de Vries wordt geboren op 21 januari 1935 in een gezin van negen jongens en twee meisjes. Het is in die tijd klinkklare armoede in Jubbega en omgeving. De door velen verafschuwde spitketen staan nog fier overeind. Als Grietus de Vries voor het eerst tegen een balletje trapt, gebeurt dat op blote voeten. Het speeltuig waar hij en zijn broers tegenaan schoppen is met vodden aan elkaar geknoopt. Pas als de gebroeders De Vries een haas op de heide vangen en deze voor negen gulden verkopen, leren ze de rijkdom van een leren bal kennen. Ze zijn best getalenteerd, die jongens van Jacob en Janke de Vries. Stuk voor stuk zullen ze het eerste elftal van de plaatselijke voetbalclub halen. Oebele valt hierin op door zijn vele doelpunten, Jan is een leiderstype en zal jarenlang de aanvoerdersband dragen. Toch is er eentje die met kop en schouders boven de rest uitsteekt en dat is Grietus.
Ook enkele kilometers verderop, in het nabijgelegen Heerenveen is dat al vlug bekend. In 1955 wordt Grietus de Vries samen met broer Oebele uitgenodigd voor een gesprek. Hoewel ook Oebele op het voetbalveld prima uit de voeten kan, melden kranten dat hij vooral bij de transfer wordt betrokken om Grietus in het Friesche haagje met een broer aan zijn zijde wat meer thuis te laten voelen. Dat de stervoetballer zich buiten de eigen dorpsgrenzen niet op zijn gemak voelt, is dan al een publiek geheim. Boze tongen beweren ook al voor het gesprek dat de broers niet zullen toehappen omdat de Jubbegaaster supportersvereniging een financiële beloning in het vooruitzicht heeft gesteld, mochten Oebele en Grietus op eigen dorp blijven. Om het tweetal toch over de streep te trekken, stelt de profclub een huis ter beschikking. Zonder de moeite te nemen de woning van binnen te bekijken, bedanken de broers voor de eer. Van buitenaf zien ze ook wel dat het huis niet goed genoeg is. Oebele en Grietus de Vries willen best hogerop, maar dat alleen met Jubbega. Dat speelt in de jaren ’50 in de derde klasse. De club haalt regelmatig de kranten, niet zozeer vanwege de sportieve prestaties. Zowel het publiek als de voetballers van Jubbega uiten hun ongenoegen nog wel eens op primitieve wijze. Meer dan eens lopen hierdoor wedstrijden uit de hand.
Al hoe raar het ook gaat, wat er op 15 maart 1953 in Jubbega plaatsvindt spant de kroon. De Telegraaf spreekt over Zuid-Amerikaanse toestanden op het Friese platteland. In de thuiswedstrijd tegen het Groningse Groen Geel wordt de scheidsrechter knock-out geslagen nadat hij in de ogen van de gastheren onterecht voor buitenspel heeft gefloten. Als de voetballers van de bezoekers proberen de totaal ontredderde leidsman in veiligheid te brengen moeten ook zij rennen voor hun leven voor het op hol geslagen publiek. De straffen van de voetbalbond zijn logischerwijs niet mals. Nagenoeg het hele elftal van Jubbega wordt geschorst, sommige spelers voor jaren. Daar komt bij dat Jubbega het thuisduel tegen Harkema-Opeinde zonder publiek af moet werken. Zelfs dan nog slaagt de Jubbega-aanhang erin om de boel te verstieren. Tot tweemaal toe wordt het duel gestaakt omdat baldadige jeugd, staand achter een sloot buiten het sportpark, Harkema-goalie Hamstra met stenen bekogelt.
Van een slechte naam kom je moeilijk af, toch begint men in voetballand naarmate het nieuwe decennium nadert met steeds meer respect over de voetbalclub Jubbega te spreken. Dat heeft alles de maken met de resultaten van het vlaggenschip. Voor tegenstanders is er niet zoveel meer te halen aan de derde sluis. Tussen 1956 en 1958 blijft Jubbega op eigen veld bijna 2 jaar ongeslagen in competitiewedstrijden. In 1957 staat Harlingen nog een kampioenschap in de weg als in Sneek voor 6000 toeschouwers de beslissende wedstrijd van de ‘ouwe seunen’ wordt verloren. Een jaar later is de titel wel een feit en als in 1961 nogmaals de kampioensvlag in top gaat, voetbalt Jubbega plotseling op het hoogste amateurniveau. Daar kunnen de steevast door 2000 supporters toegejuichte Kompenijsters prima meekomen, getuige achtereenvolgende klasseringen in de kop van het klassement. In 1964 is het avontuur in het amateurvoetbalwahalla ten einde, misschien wel vooral omdat Grietus de Vries er dat jaar niet bij is. In 1963 zwicht hij eindelijk voor het zoveelste aanbod van Heerenveen.
Met spelers als Eise Bosma, Henk Hartkamp, René Baudoin en goalie Siep de Jong heeft de club van het pompeblêdenshirt dan best een aardige ploeg op papier, die ondanks een dramatische seizoenstart op een vierde plaats eindigt in de Tweede Divisie A. Heerenveen grijpt naast alle prijzen, maar op 29 september 1963 vindt er wel een groot hoogtepunt plaats. Voor het bekertoernooi krijgt Heerenveen bezoek van Ajax. De Friezen houden knap stand tegen de favorieten uit de hoofdstad. Na negentig minuten staat het 2-2. Pas na verlenging zegevieren de Amsterdammers. Daags later wordt Grietus de Vries in de kranten genoemd als de grote uitblinker. Houden en keren heeft international Ton Pronk gehad aan de Jubbegaaster. Sowieso is het een prima seizoen voor De Vries. Hij speelt bijna alle wedstrijden, scoort zevenmaal en strooit met assists.
Meerdere hoger spelende clubs zijn geïnteresseerd in de diensten van Grietus de Vries. Net als niets een glansrijke carrière in de weg lijkt te staan speelt het onvoorspelbare karakter van Grietus de Vries op: hij hoeft helemaal niet naar de eredivisie, hij wil en gaat terug naar Jubbega, lekker voetballen met zijn kameraden. Dolgelukkig zijn ze in het heidedorp met de terugkeer van hun Grietus, de mannen van het eerste elftal voorop. Grietus de Vries is een speler aan wie ze de bal altijd kwijt kunnen, iemand die van niets iets weet te maken, veel scoort en voortdurend andere aanvallers in stelling brengt. De scherpe kanten van De Vries zijn karakter nemen zijn teamgenoten voor lief. Want dat Grietus de Vries iemand met een gebruiksaanwijzing is, dat is voor iedereen klip en klaar.
Medespelers die het presteren om een door Grietus de Vries opgezette aanval niet tot doelpunt om te zetten, krijgen er verbaal flink van langs. Regelmatig moet aanvoerder Jan de Vries diens jongere broer Grietus bij het nekvel pakken als aan het gemekker geen einde komt. Helemaal bont maakt Grietus de Vries het in een uitwedstrijd tegen de Oosterparkers. Daar in het Groningse krijgt hij in het vijandelijke strafschopgebied een doodschop van jewelste. Grietus de Vries verdient een strafschop, maar moet zwaar geblesseerd het veld verlaten. Als hij vanaf de brancard ziet dat zijn ploegmakker Jopie Visser klaar staat om de toegekende elfmetertrap te nemen, wordt het duidelijk dat de spelmaker niet zoveel vertrouwen heeft in de strafschopnemer. Grietus de Vries stapt van de brancard af, strompelt naar de strafschopstip en schiet de penalty feilloos achter de Oosterparkers-goalie. Direct daarna verlaat hij alsnog het veld. In 1968 raakt De Vries weer in opspraak. Bij een jeugdwedstrijd bedreigt hij de arbiter. Die rapporteert het voorval, met als resultaat dat Grietus de Vries voor 9 maanden wordt geschorst.
Jubbega heeft in de zestiger jaren een formidabel elftal, maar een Jubbega met of zonder Grietus de Vries dat is een wereld van verschil, zo blijkt steeds weer. Als De Vries in het seizoen 1963/1964 voor Heerenveen speelt degradeert Jubbega, in het jaar dat de balvirtuoos de langdurige schorsing uitzit loopt het met Jubbega opnieuw niet goed af. Maar als Grietus de Vries aan het einde van de zestiger jaren terugkeert laat hij zien dat de sleet er nog geenszins op zit. Zelfs op 37-jarige leeftijd is hij een attractie op de noordelijke velden. Zo ook in de uitwedstrijd tegen Roden op 12 maart 1972. In het eerste kwartier draait hij de Drentse defensie bij vlagen tureluurs, tot een Roden-verdediger besluit om de botte bijl te hanteren. Grietus de Vries breekt zijn been en zal nooit in het eerste elftal terugkeren. Een triest einde van een geweldige voetbalcarrière.
Grietus de Vries blijft bij Jubbega betrokken. Hij gaat bij de veteranen spelen en is enige tijd leider van het dameselftal waar echtgenote Lipkje en dochter Anneke deel van uitmaken. Ook de carrière van zoon Jappie, die jarenlang Jubbega 1 dient, wordt aandachtig gevolgd. Kritisch uiteraard, zoals men van de stervoetballer van weleer is gewend. Nadat Jappie uit de eerste selectie verdwijnt, wordt ook Grietus de Vries steeds minder op de Jubbegaaster voetbalvelden gesignaleerd. De teloorgang van het voetbalbolwerk kan daar niet los van worden gezien. In 1998 degradeert het keurkorps van Jubbega naar de vijfde klasse. Een kwart eeuw nadat Grietus de Vries met zijn teammakkers het opneemt tegen de noordelijke amateurtop, krijgt Jubbega bezoek van bescheiden dorpsclubjes als BEW Vledder, De Westhoek en Oosterstreek. Met langs de lijn nog steevast een enorm trouwe aanhang, dat wel!
In 2007 wordt Grietus de Vries getroffen door een herseninfarct. Als Omrop Fryslân drie jaar later een reportage maakt over de Jubbegaaster succesploeg van de jaren ‘60, is het duidelijk zichtbaar dat de vedette van weleer volledig afhankelijk is geworden van de mensen om hem heen. Overdag verblijft Grietus de Vries dan al in revalidatiecentrum Beatrixoord in Appelscha. Aldaar blaast hij op 26 april 2010 op 75-jarige leeftijd zijn laatste levensadem uit. In de rouwadvertentie die daags later door vv Jubbega wordt geplaatst spreekt de club over de beste voetballer die ooit het roodwitte shirt van de club droeg. Hoewel er alweer 14 jaren voorbij zijn gegaan sinds het overlijden van Grietus de Vries en er aan It Heidefjild van alles veranderde, is men het daar in Jubbega en omstreken daar nog altijd over eens. Spelers werden gehaald, spelers werden betaald en iedereen vond er wat van, maar Grietus de Vries is nog altijd de beste speler ooit die het Jubbega-shirt droeg.
Grietus de Vries in het shirt van oranje. De foto is genomen op 30 maart 1963, voor de wedstrijd van het Nederlands amateurteam tegen Frankrijk. Oranje verliest, maar het spel van Grietus maakt zoveel indruk dat hij direct wordt gevraagd voor een trip naar Engeland. Menig voetballer zou een gat in de lucht springen voor zo’n uitnodiging. Grietus de Vries bedankt voor de eer.
Een foto van 13 november 1960, genomen tijdens de wedstrijd Zwaagwesteinde-Jubbega. De bezoekers winnen in De Westereen met 0-1 dankzij een doelpunt dat op deze foto in de maak is. Grietus de Vries wordt matchwinner. Verdediger Jan de Hoop (uiterst links), keeper Henk Veenstra moeten het antwoord schuldig blijven.
De Jubbegaaster succesploeg rond 1965, met meerdere van de negen gebroeders De Vries op de foto. Staand, van links naar rechts: Van Dijken (scheidsrechter), Jaap van Oosten, Wietze Blaauw, Anton de Vries, Jopie Visser, Abe Thalen, Klaas de Jong, Chris Koopstra, Grietus de Vries en Piet Zwerver (hoofdtrainer). Gehurkt, van links naar rechts: Rink van der Sluis, Durk Seinstra, Onnie de Vries en Jan de Vries.
Grietus de Vries in actie in 1964, in het shirt van Heerenveen.
In het seizoen 1963/1964 trekt Grietus de Vries dan toch eindelijk het shirt van Heerenveen aan. Op de foto de ploeg van toen. Staand, van links naar rechts: René Baudoin, Sicco Kuiper, Willy Rozeboom, Eise Bosma en Hans Zwart. Gehurkt, van links naar rechts: Siep de Jong, Leo de Vroet, Henk Klunder, Grietus de Vries, Henk Hainja en Klaas Oosterhof (foto: archief Familie Bosma)
De Jubbega-aanhang. Gevreesd door tegenstanders, geliefd door de Jubbega-voetballers. Zowel uit als thuis zijn de Kompenijsters in grote getale van de partij, in 1959 zelfs met duizenden voor de uitwedstrijd tegen Heerenveen.