Het Friese voetballandschap verandert continu. Nergens is dit beter zichtbaar dan in Leeuwarden. De Greuns, De Hemrik, Het Fonteinland, Het Marnixveld. Zomaar een paar namen van sportparken die door de jaren heen van de kaart zijn verdwenen. De wat oudere voetbalvolger uit de Friese hoofdstad zal zonder twijfel nog een paar locaties kunnen noemen waar de bal ooit volop rolde, maar nu niet meer. Aan de Harlingerstraatweg bijvoorbeeld. Op het knusse veld aldaar speelde jarenlang SV Phileon, de club van de Philips-fabriek. Alweer meer dan 30 jaar is deze club inmiddels ter ziele. Wat prestaties betreft verloor amateurvoetballand met het verdwijnen van Phileon geen grote speler. Wat gezelligheid betreft zeker wel.
In 1965 wil de stofzuigerfabriek in Leeuwarder vertier bieden voor het personeel. Bewegen is gezond, dus wordt besloten wordt om een voetbalvereniging op te richten. VSF – de Verenigde Stofzuiger Fabriek – ziet het levenslicht. Met twee seniorenteams gaat het in de Friesche Voetbal Bond (FVB) van start. Daar is VSF geen hoogvlieger. Toch zijn er die eerste jaren enkele lichtpuntjes te noteren in de clubhistorie. In 1970 wint VSF de Leeuwarder sportiviteitsbeker. Een jaar later komt Cambuur op visite aan de Harlingerstraatweg. Met 0-17 worden de amateurs van de mat geveegd. Boudy van der Heide en Dicky Veltman scoren gezamenlijk tien keer. Rond die tijd gaat Philips – dat de fabriek in 1967 heeft overgenomen – de stofzuigerfabriek grondig reorganiseren. De verenigingsnaam VSF is vanaf dan niet meer van toepassing, zo vinden de leden. Er moet een naamsverandering komen. Klein PSV kan niet op goedkeuring rekenen van de bond. Phileon kan dat wel.
Er wordt dan meteen ook besloten om er een omnivereniging van te maken. Bij Phileon kan worden gesquasht, getafeltennist, gebowld, getennist, gebiljart en gevolleybald. Met name de afdeling tafeltennis en volleybal zijn bijzonder succesvol. De voetbaltak daarentegen moddert maar wat aan in de marge van het amateurvoetbal. Leden moeten werkzaam zijn bij Philips. De vijver waar de vereniging uit vissen kan is daardoor klein. Om meer spek om de botten te krijgen verruimt Phileon aan het einde van de zeventiger jaren de toelatingscriteria. Ook familieleden van werknemers mogen lid worden. Plotseling duiken allerlei verre neven op die in het rood-zwart van Phileon gaan spelen. De verandering van beleid legt Phileon logischerwijs geen windeieren.
Op het voetbalveld beleeft Phileon vlak na de statutenwijziging wat je kunt betitelen als de hoogtijdagen. Het groeit tot drie seniorenteams. In 1979 zet het vlaggenschip de beste prestatie tot dan toe neer. Phileon 1 eindigt op een tweede plaats in de tweede klasse FVB, achter kampioen SC Franeker. Een jaar later is Phileon opnieuw runner-up. Dit keer blijkt het Minnertsga van de rasechte Leeuwarder oefenmeester en oud Cambuur-speler Kees Hiemstra sterker. Ook in het TBC-toernooi – een jaarlijks terugkerend toernooi onder Leeuwarder voetbalclubs waarvan de opbrengst naar het tuberculose-fonds gaat – doet Phileon in dit tijdspanne van zich spreken. In 1980 haalt het de finaleronde. Tegen Friesland, kort daarvoor nog hoofdklasser wordt geremiseerd. Leeuwarder Zwaluwen wordt dankzij treffers van Chris Wolf en Louis de la Combe met 2-0 geklopt.
De voetballers van Phileon tellen eindelijk mee. Met de bekende Frisiaan Joop de Jong hebben ze bovendien een trainer van aanzien. Toch zet de opmars zich niet door. Met 11 andere clubs in de stad is de concurrentie in Leeuwarden moordend. De beste voetballers van Phileon worden door andere clubs, waar voetbal de hoofdmoot is weggekaapt. Uiteindelijk blijft Leeuwarden Phileon zien als een veredeld bedrijfselftal. Het ledenaantal slinkt. In 1990 krijgt het eerste elftal van de club zelfs 4 strafpunten omdat er tot tweemaal geen elftal op de been kan worden gebracht. Ondanks de neergaande prestatiecurve ontpopt de kantine van de club zich tot een goudmijn. In dit onooglijke bouwwerk – een directiekeet met twee bouwketen erop gestapeld – heeft men niet te maken met sluitingstijden. De Phileon-kantine is volgens de gemeente geen paracommerciële inrichting maar een bedrijfskantine die zolang er gewerkt wordt open mag zijn.
Ondanks de gezelligheid is er zorgen. Over de dalende spelersaantallen, maar meer nog over het speelveld. In 1991 wordt Philips overgenomen door machinefabriek Tebel. Dit bedrijf ziet het niet zo zitten in Phileon. Schoorvoetend verleent Tebel Phileon toestemming om gebruik te maken van het veld. Wel onder de voorwaarde dat de clubnaam wordt gewijzigd. Er mag geen enkele referentie meer naar Philips worden gemaakt. Gekozen wordt voor WE’91, een verwijzing naar de speellocatie Westeinde met het oprichtingsjaar.
WE’91 is nog maar net aan het seizoen begonnen als de verstandhouding met Tebel verslechtert. De eigenaar van het veld wil het speelveld niet nog een jaar verhuren en sommeert de voetbalclub elders onderdak te zoeken. Overal wordt gelobbyd, nergens is WE’91 welkom. In maart 1992 schakelt secretaris Nico Beckers nog hoopvol een jurist in om zo alsnog gebruik van het Tebel-veld af te dwingen. Drie weken later verschijnt er een advertentie in de krant met de mededeling dat WE’91 – voorheen Phileon – op 1 juni de deuren definitief sluit met een slotfeest. Kampioenschappen werden nauwelijks gevierd door de voetballers van Phileon, maar feest was het er elke week!
De schoonheidsprijs kreeg hij niet. De gezelligheidsprijs wel: de kantine van Phileon!
Een Phileon-elftal, eind jaren ’80.
Het aloude tenue van Phileon.
Een Phileon-team in de jaren ’70, gefotografeerd voor de beregezellige kantine.
Tevergeefs probeert WE’91 – voorheen Phileon – in het seizoen 1991/1992 een speelveld te verkrijgen. Als dat niet lukt verschijnt in april 1992 deze advertentie in de krant.