Als in de vijftiger jaren van de vorige eeuw het zaterdagvoetbal steeds meer poot aan de grond krijgt, vindt Leeuwarden het als meest toonaangevende club van onze provincie hoog tijd om ook aan een zaterdagafdeling te beginnen. Het bestuur van ‘De Klomp’ selecteert 14 spelers die ervoor moeten zorgen dat de nieuwe loot aan de Leeuwarder voetbaltak een welkome versterking van de club gaat vormen. Die missie slaagt, maar na verloop van jaren is niet iedereen binnen de club daar blij mee. De zondagsen voelen zich door de successen van de zaterdagse evenknie steeds meer bedreigd. In 1978 komt het tot een knetterende climax.
In 1961 bij de oprichting van het zaterdagmiddagteam, oftewel het ZM, is er dus nog geen vuiltje aan de lucht. Dat Leeuwarden ZM in het debuutjaar direct de titel opeist in de tweede klasse van de FVB wordt door iedereen luid bejubeld. Het jaar 1964 is voor het ZM – zo later zal blijken – een cruciaal jaar. Leeuwarden doet de proflicentie over aan de nieuw opgerichte stichting Cambuur en keert terug naar de zondagamateurs. Dat betekent dat vanaf 1964 op Sportpark Cambuur zowel op zaterdag als zondag een prestatief elftal in het veld verschijnt. Gezien de sterkte van het zondagteam, dat met een lading oud-profs gaat beginnen in de vierde klasse, is het niet de verwachting dat de beide takken elkaar zoals elders in de provincie gaan bijten, maar voor de zekerheid wordt door het Leeuwarder bestuur wel medegedeeld dat het zaterdagelftal toch vooral bedoeld is als recreatie-afdeling.
Zoals verwacht voetbalt het Leeuwarder zondagelftal zich in rap tempo omhoog. In 8 jaar tijd worden 4 kampioenschappen behaald, met als grote klap de vuurpijl de Noordelijke titel van 1972. Minstens zo bijzonder is dat Leeuwarden ZM met beperktere middelen ook aardig van zich doet spreken. In 1970 wordt de derde klasse bereikt, wat tot 1996 ook daadwerkelijk het derde niveau is. Direct wordt daar een zeer knappe tweede plaats behaald achter kampioen VVT. Dat Leeuwarden geen eendagsvlieg is, bewijst het in 1974 als het na de degradatie van een jaar eerder onder trainer Piet Hoen meteen terugkeert op het derde niveau. Dat succes is mede te danken aan de scoringsdrift van Henk Wierda, die is overgekomen van de zondagtak. Liefst 17 keer raakt Wierda in het kampioensjaar de roos, teamgenoot Leo de Lange doet het met 16 treffers niet veel minder.
Terug in de derde klasse groeit Leeuwarden uit tot een kracht van formaat. De publieke belangstelling laat te wensen over, maar tegenstanders voetballen graag tegen de roodwitten, die verzorgd voetbal vaak de prioriteit geven boven het in die tijd nog wel eens gebruikelijke fysieke werk. De ZM-ers kunnen overal heen voor een oefenwedstrijd of een toernooi, tot in Oss, Amsterdam en Volendam aan toe. En op de plaats van bestemming aangekomen wordt er niet meegedaan voor spek en bonen. Leeuwarden wint het prestigieuze toernooi van Veenwouden, de Friesch Dagblad-beker wordt in de wacht gesleept en tijdens het TBC-toernooi wordt de andere Leeuwarder verenigingen de loef afgestoken.
Ook in competitieverband loopt het voortreffelijk. In 1978 wordt er een serieuze gooi gedaan naar het op-één-na-hoogste niveau. Cruciaal is de uitwedstrijd tegen het stugge Hielpen enkele speelronden voor het einde. Als Friese Fennema de score opent, lonkt de koppositie. Rond 75ste minuut van dit duel loopt alles faliekant in de soep. Hielpen buigt in kort tijdsbestek een 0-1 achterstand om in een voorsprong. Leeuwarden slaagt er niet meer in deze tegenvaller te boven te komen. De gang over het Hielper bruggetje is een zware. Na afloop is de sfeer in de houten kleedkamer van de bezoekers om te snijden. Arbiter Van der Laan is de gebeten hond. Het tweede doelpunt had volgens de hoofdstedelingen nooit goedgekeurd mogen worden. Een viertal spelers besluit het er niet bij te laten zitten en zetten eenmaal omgekleed de achtervolging in de op de leidsman, die net in zijn auto is vertrokken richting zijn woonplaats Dokkum. Op de Jelsumerweg in Leeuwarden wordt de arbiter klem gereden. Het blijft nabij de Rondweg bij wat woorden, maar het gebeuren heeft logischerwijs een behoorlijke impact op de Dokkumer. Het voorval wordt gerapporteerd bij de bond, twee spelers worden voor een jaar geschorst.
Het incident staat niet op zichzelf. Al weken borrelt het bij Leeuwarden ZM onder het oppervlak. Het hechte gezelschap voelt zich niet serieus genomen door het bestuur. Er is van hogerhand eerder sprake van tegenwerking. Nu promotie aanstaande lijkt, dreigen de zaterdagvoetballers het rap wegzakkende zondagteam in te halen. Dat wil de club niet, zo lijkt het. Eerst besluiten de bestuurders dat de leeftijd om van de zondagtak over te stappen naar de zaterdagtak wordt verhoogd van 25 naar 30 jaar. Daarna is er de trainerskwestie. Piet Hoen vindt het na 5 jaar welletjes. De ZM-ers willen als opvolger van Hoen een trainer die past bij het respectabele niveau waarop gespeeld wordt. Het budget dat ter beschikking wordt gesteld is zodanig dat nog niet eens een FVB-trainer kan worden gecontracteerd. Even lijkt de oplossing gevonden als Guus Fazzi zich beschikbaar stelt. Als die optie afketst, barst de bom.
Op 22 mei 1978 is in de Leeuwarder Courant te lezen dat een vijftal spelers – Fedde Booij, Jappie Booij, Doeke van der Heide, Wiebe van Breeden en Jan de Lange – overschrijving aanvraagt naar Blauw Wit’34. Spoedig springen andere ZM-ers van het schip. Met een uitgekleed elftal is er een jaar later geen redden meer aan, volgens velen tot groot plezier van het clubbestuur. Leeuwarden ZM degradeert driemaal op rij en zal – ondanks een handvol kampioenschappen en soms prima elftallen – tot aan de fusie met Rood Geel in 2013 nooit meer een rol van betekenis spelen zoals het in de jaren ’70 deed. De escalatie van 1978 is een bijzonder treurig einde van een tijdperk dat door veel betrokken wordt gezien als de mooiste periode uit hun carrière.
Stadsderby in de jaren ’70: Leeuwarden ZM-Leeuwarder Zwaluwen, met op de foto namens Leeuwarden links Johan de Jong en rechts Willem Flisijn, namens de Zwaluwen Rienk Riemersma (achtergrond) en Dicky Eekma (duikelend)
De naam De Lange is jarenlang onlosmakelijk verbonden met Leeuwarden ZM. Van alle De Lange’s die het ZM dienden, was Leo de Lange verreweg de meest scorende. Hier staat hij op de foto (links), in fel duel met een ONS-verdediger.
Ook Henk Laverman is jarenlang niet weg te denken uit Leeuwarden ZM. Op deze foto van 10 april 1977 tracht hij het Workum-keeper Okke van der Kamp en verdediger Durk de Boer lastig te maken. Zonder succes: de Workumers winnen in de Friese hoofdstad met 0-2.
Leeuwarden ZM in 1976, voor een oefenwedstrijd in Volendam. Staand, van links naar rechts: Piet Hoen (hoofdtrainer), Henk Wierda, Fedde Booij, Willem Hoen, Doeke van der Heide, Jappie Ekhart, Leo de Lange, Jappie Booij, Gerrit Bons (elftalleider), Oene Plantinga en Wiebe van Breeden. Gehurkt: Henk Laverman, Dries Bijlsma, Henk van der Veen, Albert Schaafsma, Willem Flisijn, Siep Sevenster, Freek Smidt, Jan de Lange en Dirk Smidt.
Hectiek voor het Leeuwarder doel: goalie Siep Sevenster probeert in samenwerking met onder andere Jappie Booij de Kootstertille-voorhoede van het lijf te houden.